Muuranker of balkanker
Een muuranker of balkanker is bedoeld om bij (oude) huizen, boerderijen en andere gebouwen stenen constructies de balken van de verdiepings balklaag aan de gevel te verbinden, om de gevel zo te beschermen tegen uitknikken. Begane grond balklagen worden niet verankerd, omdat de muren op deze hoogte niet de neiging hebben uit te knikken, behalve wanneer een kelder of souterrain aanwezig is.
Strijkbalkanker
Buitenmuren die gelijk (evenwijdig) aan de balklaag lopen, worden door middel van strijkbalkankers, aan de balklaag gekoppeld. Zo’n anker staat haaks op de balklaag en is aan ten minste drie opeenvolgende balken bevestigd. Een strijkbalk is een balk die evenwijdig aan de buitenmuur loopt; karakteristiek is dat die balk tegen de muur aansluit of hoogstens een zeer kleine tussenafstand daarmee heeft.
Zicht-, gevel- en blindanker
Een muur- en strijkbalkanker bestaan uit een veer, ook wel strop, en een schoot, ook wel schieter genoemd. De veer gaat door de muur heen en wordt met een uitgesmeed blad voorzien van gaten aan de balk bevestigd. Aan het andere uiteinde van de veer zit de knoop, hier gaat de schoot doorheen. Deze ankers worden ook wel zichtankers of gevelankers genoemd in tegenstelling tot de blindankers die aan de buitenkant van het gebouw niet zichtbaar zijn. Wanneer de balken in één lengte van muur tot muur lopen, spreken we van een doorgaande verankering. Is de afstand hiervoor te groot dan dienen de balken op een binnenmuur verankerd te worden, op deze manier ontstaat er een doorgaande koppeling.
Smidstekens en sierankers
Ook eenvoudige muurankers hebben vaak enkele ingegroefde tekens, de zogenaamde smidstekens. Na 1930 werden muurankers nauwelijks meer toegepast. In een enkel geval worden sierankers om decoratieve redenen aangebracht.
Informatie over Muurankers: uit Wikipedia